Muziek uit de late romantiek, het impressionisme en expressionisme
Van een mysterieus effect naar indringend uitgedrukte emoties. In het vierde deel van de leergang “Geschiedenis van de klassieke muziek” wordt de muziek uit de late romantiek, het impressionisme en expressionisme behandeld.
De klankkleur
De late romantiek en het impressionisme zijn herkenbare en bijna ‘organische’ doorontwikkelingen uit de vorige periodes. Diezelfde ontwikkeling is ook te zien in de schilderkunst. Impressionisten schilderden in vage lijnen, strepen en punten. De tinten liepen in elkaar over en de contouren waren vaag. Net als in de impressionistische schilderkunst wordt de muziek in deze stijl de kleur, hier klankkleur, belangrijk. Er is een duidelijke voorkeur voor gedempte klanken zodat een mysterieus effect ontstaat.
Over de cursus
Tussen 1900 en 1914 ontstond er in vrijwel alle kunsten een breuk met het verleden. Het expressionisme was een rebellie tegen de bestaande normen. Nieuwe muzikale benaderingen zoals bitonaliteit, polytonaliteit, atonaliteit en dodecafonie vervingen de romantische tonale systemen. Componisten verzetten zich tegen de oppervlakkigheid en dubbele moraal. Hierdoor ontstond muziek die niet bedoeld was om prettig te klinken, maar om gevoelens zo indringend mogelijk uit te drukken. In acht colleges besteedt Joop van Velzen uitvoerig aandacht aan de ontwikkeling van de klassieke muziek die samenhing met veranderingen in de maatschappij.
Deze cursus is het vierde deel van de leergang ‘Geschiedenis van de klassieke muziek’ maar kan ook goed los worden gegvolgd.
Bijeenkomst 1
College 25: Ontwikkeling van de klassieke muziek in Rusland (1)
Bijeenkomst 2
College 26: Nationale scholen: Rusland (2), Bohemen, Hongarije, Roemenië
Bijeenkomst 3
College 27: Nationale scholen: Rusland (3), Scandinavië en Spanje
Bijeenkomst 4
College 28: Nationale scholen: Rusland (4), Engeland, Nederland en België
Bijeenkomst 5
College 29: Begin 20ste eeuws Rusland (5); impressionisme
Bijeenkomst 6
College 30: Expressionisme; de muziek van Arnold Schönberg, Alban Berg en Anton Webern
Bijeenkomst 7
College 31: Modernisme; de muziek van Igor Strawinsky, Bela Bartok en Paul Hindemith
Bijeenkomst 8
College 32: Neoclassicisme; de muziek van Sergej Prokovjev en Richard Strauss
|
Beschikbaar
|
||
|
||
|
||
|
||
|
||
|
||
|